Groeten in het Twents? Gaat u op vakantie of bent u voor werk in het schitterende Twente? Voor Hollanders die van plan zijn om naar Twente te gaan, is het handig om de Twentse taal te leren spreken. Niet alleen is de taal de beste remedie tegen een herfstdip met zijn nuchtere en gortdroge humor, ook vinden de Tukkers het leuk als buitenstaanders zich verdiepen in de Twentse cultuur. Hier volgen een aantal woorden en gezegdes om iemand in het Twents te groeten.
Iemand een goedendag wensen in het Twents
De Twentse woorden en gezegdes zijn kort en krachtig. “U komt uit het westen? Oh mooi.” Dat was het, op naar het volgende onderwerp. Dit ziet u ook terug in de begroetingen in het Twents. Voor goedemorgen, goedemiddag en goedenavond gebruiken Tukkers het woord Moj’n. Als u gaat slapen, zegt een Tukker Tot mor’n om u welterusten te wensen. Gaat u weg? Dan zegt u Tjow, oftewel tot ziens.
Twentse woorden om een gesprek te voeren
Gedurende een gesprek in Twente, kan het prettig zijn om sommige woorden in het Twents te begrijpen. Voor ja en nee gebruikt u respectievelijk Joa en Joa, joa. Het woord misschien wordt tot uitdrukking gebracht met Och Joa. Als een Tukker zegt Ik zal ´t nog wa`s bekiek´n, dan peinst hij of zij er niet over om het te doen. Hoe hej´t d´r met? betekent in het Twents “Hoe gaat het met u?”. U beantwoordt de vraag met Och, geet wa, oftewel Dank u, uitstekend. Als u in het Twents wilt zeggen “Aangenaam met u kennis te maken”, zegt u Woar bin ie d’r een van.
In een café, hotel of restaurant
Als u zich in een hotel bevindt, zegt u Ik bin van Janss’n Hennik om te zeggen “mijn naam is Janssen”. Wilt u vervolgens vragen om een tweepersoonskamer, dan vraagt u Ik wol hier geern sloap’n en de vrouw ok. Als u wilt vragen of het hotel uw bagage naar boven wilt brengen, zegt u Kun ie oons den pröttel efkes achter de deur smiet’n.